Subsidieregelingen
Een project kan soms gebruik maken van subsidies. Voorwaarde is dat het project bijdraagt aan de doelstelling van de subsidiegever. Vaak hebben subsidies tot doel om technologie te ontwikkelen of een ontwikkeling (bijvoorbeeld naar een circulaire economie) te bevorderen.
Europese regelingen
Op Europees niveau zijn de belangrijke stimuleringsregelingen:
- Horizon Europe (Horizon Europe is sinds 2021 de opvolger van Horizon 2020. Het programma bouwt voort op het succes van Horizon 2020 voor de periode van 2021 tot en met 2027.)
- Interreg 2021 – 2027
- LIFE 2021 - 2027
- EUROSTARS
De voorwaarde bij deze regelingen is dat er sprake moet zijn van internationale samenwerking tussen publieke en private partijen en onderzoek. Het betreft over het algemeen zeer grote projecten met activiteiten in meerdere landen. In het verleden hebben de projecten DeSah-Sneek en INNERS gebruik gemaakt van dit soort Europese subsidieregels.
Nationale regelingen
Daarnaast zijn er verschillende meer nationaal georiënteerde regelingen, veelal gericht op het bedrijfsleven, om innovatie en duurzaamheid te stimuleren. Voor een deel lopen deze via de belastingwetgeving MIA (milieu-investeringsaftrek) en VAMIL (willekeurige afschrijving milieu-investeringen).
Belangrijke regelingen zijn:
- MIT (MKB Innovatiestimulering Regio en Topsectoren)
- DHI (Subsidieregeling voor demonstratieprojecten, haalbaarheids- en investeringsvoorbereidingsstudies)
De RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) is verantwoordelijk voor de uitvoering van de Nederlandse en Europese regelingen. Via hun website kan een overzicht worden verkregen van opengestelde subsidieregelingen.
Provinciale en gemeentelijke regelingen
Veel provincies of grote steden kennen bovendien nog hun eigen stimuleringsregelingen. Deze kunnen zich zowel richten op zeer grote als kleinere projecten. Vrijwel alle provincies en gemeenten hebben een eigen subsidieloket met een overzicht van alle subsidies. Op de provinciale websites worden meestal ook de Europese regelingen met een regionale uitwerking genoemd, zoals bijvoorbeeld de POP3-projecten. Soms kan met projecten worden aangehaakt bij gemeentelijke duurzame ontwikkelingen.
Thema’s waar raakvlakken mee zijn, zijn onder andere Urban Development, klimaatadaptatie, energiebesparing, grondstoffen (terug)winnen etc. Voorbeelden zien we onder andere in Amsterdam (AMS: Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Solutions) en Nijmegen (Rijk van Nijmegen Circulair). Vaak zijn aan die specifieke initiatieven ook fondsen verbonden. Het project Buiksloterham kan deels gefinancierd worden uit het City-zen project omdat het aansluit bij het thema 'Cities of the future'.
Enkele voorbeelden van regionale regelingen zijn:
- Innovatieprogramma Regio Groningen-Assen
- Duurzame Ontwikkeling Overijssel (gebruikt bij project Blankenham)
- Onderzoeksfondsen
Indien projecten bijdragen aan het beantwoorden van specifieke onderzoeksvragen, dan is het soms mogelijk een samenwerking aan te gaan met een of meerdere onderzoeksinstellingen. De onderzoeksinstellingen kunnen dan door aanwending van andere, deels Europese, (onderzoeks)fondsen bijdragen aan de kosten van het onderzoek in het project.
In het verleden is in projecten samengewerkt met de volgende instellingen:
- WUR
- STOWA
- TUD